Witte van Hotot


Korte geschiedenis van het ras:
De Witte van Hotot (In het Frans: Blanc d’Hotot) is een Frans ras ontwikkeld door fokster Eugenie Bernard. Ze is een van de weinige vrouwen in de geschiedenis die een belangrijke rol heeft gespeeld in de konijnenfokkerij. De rasnaam dankt het ras aan het dorp waar mevrouw Bernard woonde, Hotot en Auge. Men gaat ervan uit dat Papillon of de Lotharinger deel uitmaken van de stamboom. Zo nu en dan worden er ook jongen geboren met zwarte vlekken op neus en oren en de aanzet van een aalstreep.
De eerste konijnen werden in 1912 tentoongesteld maar was niet direct populair. Het ras kwam in 1927 in Zwitserland terecht alwaar het een populair ras werd. In 1930 werden de eerste dieren naar Duitsland geimporteerd door Friedrich Joppich. Het ras werd in Nederland in 1940 officieel erkend.
In de loop der jaren zijn er ook andere rassen ingekruist in de Witte van Hotot. De originele foklijnen zijn door de jaren heen gekruist met in ieder geval Witte Weners en Groot Zilvers.

Witte van Hotot

Rasbeschrijving:
Oren: ca. 13 cm lang

Lichaam: wat gestrekte bouw, brede voorhand, rug en achterhand, poten relatief kort.

Vacht: normale lengte, dicht ingeplant, vol en veerkrachtig, sterke glans, veel onderwol

Kleur: zuiver wit met donkerbruine ogen en zwarte oogringen. De zwarte oogring moet overal even breed zijn en is 3 tot 5 mm breed. De nagels zijn vrij van pigment

Gewicht: tussen 3,5 en 5 kilo

Karakter: vriendelijk

Land van herkomst: Frankrijk

Bijzonderheden:
Het ras wordt beschouwd als een van de moeilijkste rassen om te fokken omdat de voorgeschreven zwarte oogringen zich moeilijk laten vastleggen.